Tuinbonen

Tuinbonen kunnen op alle grondsoorten, als de grond door goede grondbewerking diep doorwortelbaar is. De grote harde bonenzaden kan men het beste eerst een halve dag in lauw water laten weken. Voorzaaien onder glas in potjes voor een vroege oogst. Voordat de zaailingen in de vollegrond worden geplant, de lange penwortel inkorten. Vanaf de maand maart direct in de vollegrond zaaien voor latere oogst, op regels van 40 cm met om de 10 cm een boon. Planten zijn goed bestand tegen kou. Het is een stamboon, dus ondersteuning is niet nodig. Bij vorming van de onderste peulen, de top uit de plant breken om luisaantasting te beperken. Vergeet u niet om tijdig wat bonenkruid erbij te zaaien. Lekker! Jonge tuinbonen smaken altijd het lekkerst. Er zijn witbloeiende en "in de kook" blank-blijvende tuinbonen, die heel mild smaken. De bontbloeiende geven boontjes, die bij het koken bruin worden met de typische ietwat wrang-aromatische tuinbonensmaak. Welke heeft uw voorkeur?